Verbod op hond-onvriendelijke middelen, zoals de stroomband
Sinds 1 januari 2022 is het gebruik van de stroomband bij honden verboden. De Koninklijke Hondenbescherming is blij dat het verbod nu daadwerkelijk een feit is. 'We hebben er lang op moeten wachten, maar dit is een enorme opsteker voor honden. Stroomstoten bij honden leiden onder meer tot angst, stress en een blijvende aantasting van de vertrouwensband tussen eigenaar en hond en had wat ons betreft al lang verboden moeten zijn.' aldus directeur van de Koninklijke Hondenbescherming, Daphne Groenendijk.
Ernstige welzijnsaantasting
Het gebruik van de stroomband vormt een ernstige welzijnsaantasting. Dit is een groot aantal jaren geleden aangetoond door de Universiteit van Utrecht. De Universiteit heeft destijds, in opdracht van de Hondenbescherming, onderzoek uitgevoerd naar het effect van het gebruik van de stroomband bij honden. Uit de onderzoeksresultaten blijkt dat honden die met stroombanden worden getraind, veelal gedrag vertonen dat duidt op pijn, angst en stress. ‘De Hondenbescherming heeft er bij de overheid en de politiek voortdurend op aangedrongen dat het gebruik van de stroomband verboden zou moeten worden en gelukkig wordt dat op nieuwjaarsdag gerealiseerd.' aldus een opgetogen Groenendijk.
Standvastige minister
In de vele en af en toe ook felle politieke debatten over het verbod, heeft oud-minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) Carola Schouten zich altijd heel standvastig opgesteld. Groenendijk: 'Zij hield gelukkig vast aan haar voornemen om het gebruik van de stroomband te verbieden.'
'Door het gebruik van stroombanden komt het dierenwelzijn in het geding,' liet oud-minister Schouten eerder weten 'daarom kies ik ervoor om de banden te verbieden. Als houder van een huisdier ben je verantwoordelijk om het dier goed te verzorgen. Daar hoort ook een goede opvoeding – zonder gebruik van een stroomband – bij.'
Dierenmishandeling
Het verbod staat in onderdeel h van artikel 1.3 van het Besluit houders van dieren. Door die plek in de wet wordt het gebruik van de stroomband als dierenmishandeling gekwalificeerd. Dierenmishandeling is een misdrijf waarop een forse strafmaat staat: een gevangenisstraf van maximaal 3 jaren of een geldboete van de vierde categorie (€ 22.500,-). De Hondenbescherming is tevreden met deze wettelijke basis en kwalificering omdat de daarmee gepaard gaande strafmaat een afschrikwekkende werking zal hebben.
Uitzonderingen
Het verbod op het gebruik van stroomstootapparatuur bij een hond is niet van toepassing:
- bij het gebruik daarvan bij het beroepsmatig verrichten van diergeneeskundige handelingen;
- indien de apparatuur wordt gebruikt in de uitvoering van onder meer de taken van de politie en de krijgsmacht. Dit geldt alleen als het doel van het gebruik van de stroomband ter uitoefening van deze taken het gebruik daarvan rechtvaardigt en het doel niet op een andere wijze kan worden bereikt;
- bij het gebruik van elektrische afrastering, omdat de welzijnsaantasting bij het gebruik van elektrische afrastering gering is en niet verder gaat dan noodzakelijk.
Als "elektrische afrastering" wordt niet beschouwd onzichtbare grensafscheidingen waarmee via een op het lichaam van de hond bevestigd apparaat bij deze hond een stroomstoot kan produceren bij het passeren van een bepaalde grens. Een dergelijk op de hond bevestigd apparaat is namelijk, vanwege de omstandigheid dat daarmee een stroomstoot kan worden gegenereerd, te beschouwen als stroomstootapparatuur.
Handhaving
De handhaving van het verbod zal zich richten op het gebruik van de stroomband, maar ook het laten dragen van de stroomband valt onder de werking van het verbod. De verkoop van stroombanden wordt helaas niet strafbaar gesteld, omdat dit Europeesrechtelijk niet mogelijk is. 'Het is dus zaak dat er scherp wordt gelet op het ongeoorloofd gebruik van de stroomband, waarbij het essentieel is dat er voldoende handhavingscapaciteit is om meldingen daarvan op te kunnen volgen. Een effectieve controle van dierenwelzijnswetgeving valt of staat immers met de handhavingscapaciteit en we pleiten er daarom bij de overheid voor dat de handhavingscapaciteit op het terrein van dierenwelzijn moet worden uitgebreid.' concludeert Groenendijk.